Aandachtspunten voor het werken met groeps-/clustergegevens in SFK Select
Binnen SFK Select bestaat de mogelijkheid om groeps/clustergegevens op te vragen. Let daarbij op het volgende:
- Wanneer u zelf een rapport maakt, staat standaard uw eigen apotheek in het filter. U krijgt dus in eerste instantie géén groepsgegevens te zien. Deze filter kunt u uitzetten, door op het kruisje vóór het filter 'mijn apotheek' te klikken .Vervolgens kiest u linksonder in beeld op ‘Alle objecten’. In het linkerdeel van het scherm kunt u dan bij ‘Attributen’ op het driehoekje voor ‘apotheek’ klikken en vervolgens ‘apothekengroep’ naar de filter slepen.
Let op: Als u geen filter opneemt, of op uw rapport geen uitsplitsing maakt voor groep(en) óf apotheek, worden de groepscijfers (aantal verstrekkingen, DDD’s, omzet etc.) en de cijfers van uw apotheek allemaal bij elkaar opgeteld. Dat zal leiden tot dubbeltellingen.
Het attribuut 'apothekengroep' bevat als mogelijke waarden alle groepen waar u deel van uitmaakt, én uw eigen apotheek. In de groepscijfers zijn altijd (ook) de cijfers van uw eigen apotheek opgenomen. - Voor clusters en groepen is een extra metric opgenomen, die de mogelijkheid biedt patiënten voor het cluster of de groep te tellen. Daarmee zijn twee metrics beschikbaar voor het tellen van patiënten:
- 'aantal patiënten (apotheek)': Dit is een optelling van het aantal patiënten in de individuele apotheken, zonder rekening te houden met het feit dat een patiëntnummer in meerdere apotheken dezelfde natuurlijke persoon kan zijn.
Bijvoorbeeld: Stel dat patientnummer 123 in apotheek A een statine heeft gekregen, en diezelfde patient (met nummer 123) heeft in apotheek B een maand later ook een statine gekregen. Als u statinegebruikers wilt tellen door gebruik te maken van de metric 'aantal patienten (apotheek)', is de uitkomst 2. In feite maakt het patiëntnummer van de patiënt hierbij dus niet uit. - 'aantal patiënten (apothekengroep)': Hiermee gaat SFK Select ervan uit dat alle apotheken gebruik maken van één patientenbestand. Voor clusters klopt dat, terwijl voor groepen de uitkomst onjuist is. Groepen dienen gebruik te maken van de metric ‘aantal patiënten (apotheek)’ om een indruk te krijgen van het totaal aantal patiënten.
Bijvoorbeeld: Stel dat patiëntnummer 123 in apotheek A een statine heeft gekregen, en diezelfde patiënt (met nummer 123) heeft in apotheek B een maand later ook een statine gekregen.
- Als u in een cluster zit en gebruik maakt van de metric 'aantal patienten (apothekengroep)' om het aantal statinegebruikers te tellen, is de uitkomst 1. In dit geval wordt dus terecht uitgegaan van het feit dat een patiëntnummer in apotheken binnen het cluster dezelfde persoon is.
- Als u in een groep zit, wordt patiënt 123 in apotheek A en in apotheek B geteld, terwijl dat in werkelijkheid niet dezelfde personen zijn: In dat geval is de uitkomst ten onrechte ook 1.
Wij adviseren clusters om, ingeval van tellingen voor het cluster, gebruik te maken van de metric 'aantal patienten (apothekengroep)'
- 'aantal patiënten (apotheek)': Dit is een optelling van het aantal patiënten in de individuele apotheken, zonder rekening te houden met het feit dat een patiëntnummer in meerdere apotheken dezelfde natuurlijke persoon kan zijn.
- Iets vergelijkbaars is van toepassing voor de volgende twee attributen:
- patient (apotheek): Door dit attribuut in een filter of op een rapport te gebruiken, zal SFK Select gegevens tonen, rekening houdend met verstrekkingen uit de geselecteerde apotheek (veelal uw eigen apotheek).
Bijvoorbeeld: Stel dat patiëntnummer 123 in apotheek A een statine heeft gekregen, en diezelfde patiënt (met nummer 123) heeft in apotheek B een maand later ook een statine gekregen. Als u voor 'patient (apotheek)' het aantal verstrekkingen telt, verschijnt patiëntnummer 123 tweemaal in uw rapport: eenmaal voor apotheek A (met de waarde 1 bij het 'aantal verstrekkingen'), en eenmaal voor apotheek B (met de waarde 1 bij het 'aantal verstrekkingen') - patient (apothekengroep): Door dit attribuut in een filter of op een rapport te gebruiken, zal SFK Select gegevens tonen op basis van alle verstrekkingen uit alle groepsleden.
Bijvoorbeeld: Stel dat patiëntnummer 123 van apotheek A een statine heeft gekregen, en patiëntnummer 123 van apotheek B een maand later ook. Als u voor 'patient (apothekengroep)' het aantal verstrekkingen telt, verschijnt patiëntnummer 123 eenmaal in uw rapport. Het 'aantal verstrekkingen' is 2.
Voor clusters is de uitkomst correct. Voor groepen geldt dat patiëntnummer 123 in de twee apotheken twee verschillende personen zijn, waardoor de conclusie dat patient 123 2 statines gekregen heeft, niet correct is.
Wij adviseren clusters om, ingeval van tellingen voor het cluster, gebruik te maken van het attribuut 'patient (apothekengroep)'. Groepen kunnen het beste patientenlijsten per apotheek maken.
- patient (apotheek): Door dit attribuut in een filter of op een rapport te gebruiken, zal SFK Select gegevens tonen, rekening houdend met verstrekkingen uit de geselecteerde apotheek (veelal uw eigen apotheek).