22 september 2000, Pharmaceutisch Weekblad, Jaargang 135 Nr 38
In het algemeen zijn generieke (merkloze) geneesmiddelen en parallel geïmporteerde geneesmiddelen goedkoper dan de specialitès (merkgeneesmiddelen) die via het officiële distributiekanaal van de fabrikant in ons land op de markt worden gebracht. De afgelopen paar jaar zijn deze prijsverschillen echter fors kleiner geworden. Aan het begin van 1997 was het gemiddelde prijsverschil tussen een generiek geneesmiddel en het duurste originele equivalent nog meer dan 14%. Inmiddels is dit verschil teruggelopen tot een kleine 6%.
Bij parallelimport is er sprake van een afnemend prijsverschil van ruim 10% tot een dikke 4%. De onderlinge prijsverschillen lijken nog verder af te nemen.
Oorzaken
De dalende tendens van de onderlinge prijsverschillen heeft zich ingezet in de periode dat de Wet Geneesmiddelenprijzen in ons land is ingevoerd. Deze wet regelt dat de prijs van een geneesmiddel in ons land maximaal gelijk mag zijn aan de gemiddelde prijs van datzelfde geneesmiddel in de landen om ons heen: België, Duitsland, Frankrijk en Groot-Brittannië. Als gevolg van deze wetgeving zijn de duurdere merkgeneesmiddelen meer in prijs verlaagd dan het generiek en de parallelimport.
Het afnemen van de onderlinge prijsverschillen is vervolgens versterkt in de periode dat de 'claw back'-maatregel is ingevoerd. Deze regeling richt zich niet op de fabrikant, maar op de apotheker. Op dit moment is de apotheker wettelijk verplicht om 6,82% aan inkoopvoordelen door te berekenen in de geneesmiddelenprijzen die bij de patiënt of de verzekeraar in rekening worden gebracht. Als gevolg van deze bezuinigingsmaatregel worden apothekers gestimuleerd om meer inkoopvoordelen te bedingen, waardoor de winstmarges van de leveranciers onder druk komen te staan. Met als gevolg dat deze leveranciers hun prijzen op een zo hoog mogelijk niveau laten staan.
Verstarrende prijsregels
Bestaande wettelijke prijsregels geven leveranciers van generieke en parallel geïmporteerde geneesmiddelen bovendien ook weinig impulsen om met lagere prijzen te concurreren. Deze regels stellen dat in een aantal gevallen de goedkoopste leverancier prijsbepalend is voor de producten van de concurrent. Dit betekent dat zo'n leverancier nooit een concurrentieel voordeel kan behalen met een prijsverlaging.
Stimulansaftrek
Als gevolg van de afnemende prijsverschillen dalen de stimulansopbrengsten voor de apotheek. Het gaat hierbij om de vergoeding die de apotheek in rekening mag brengen bij het afleveren van goedkopere geneesmiddelen zoals generiek en parallelimport. Per 1 januari van dit jaar heeft de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport een gemiddelde stimulansopbrengst van ƒ 0,32 per afgeleverd receptgeneesmiddel in mindering gebracht op de vaste receptregelvergoeding voor de apotheek. Hiermee bezuinigt de minister ƒ 35 miljoen op de vergoeding voor apotheken. Door de afnemende prijsverschillen dreigt de stimulansopbrengst nu onder dit niveau te zakken.
Figuur 1: ontwikkeling prijsverschil tussen productgroepen
Bron: Stichting Farmaceutische Kengetallen
Figuur 2: ontwikkeling stimulansopbrengst per WTG-voorschrift
Bron: Stichting Farmaceutische Kengetallen
Dit is een publicatie van de Stichting Farmaceutische Kengetallen.
Overname van tekst, gegevens, tabellen of grafieken is toegestaan mits
onder volledige bronvermelding.