18 februari 2000, Pharmaceutisch Weekblad, Jaargang 135 Nr 7
De Nederlanders hebben in 1999 zo'n 700 miljoen gulden meer uitgegeven aan geneesmiddelen als in 1998 het geval was. Dit betreft een toename van 11%. Dit percentage is opvallend hoog. In 1999 heeft de overheid immers een aantal concrete besparingsmaatregelen doorgevoerd zoals de aanscherping van het GeneesmiddelenVergoedingsSysteem (GVS) en de verhoging van het 'claw back'-percentage (het kortingspercentage dat apothekers verplicht moeten doorberekenen in de geneesmiddelenprijzen). Normaal gesproken zou de uitgavengroei dus lager hebben moeten uitvallen dan de structurele groei van 11% waarvan de afgelopen jaren sprake is geweest. De structurele groei is de voortdurende groei van de geneesmiddelenuitgaven die samenhangt met demografische ontwikkelingen, verschuiving van de zorg vanuit het ziekenhuis naar de thuissituatie en de verschuiving in het gebruik naar nieuwere geneesmiddelen.
Hogere onderliggende groei
Hieruit mag men echter niet concluderen dat genoemde maatregelen geen dempend effect hebben gehad op de uitgavenontwikkeling. Bij nadere analyse van de geneesmiddelengebruikscijfers constateert de Stichting Farmaceutische Kengetallen (SFK) dat de structurele groei opschuift van 11 naar 13%. De belangrijkste verklaring voor deze hogere onderliggende groei schuilt volgens de SFK in het verruimde toelatingsbeleid ten aanzien van nieuwe geneesmiddelen. Dit blijkt onder meer uit de explosieve uitgavengroei bij de geneesmiddelen die op de zogeheten 'bijlage 1B' geplaatst zijn.
Bijlage 1B
In het kader van het GVS beoordeelt het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport de geneesmiddelen die opgenomen zijn in het wettelijk verzekerde geneesmiddelenpakket op therapeutische vervangbaarheid. Geneesmiddelen die therapeutische onderling vervangbaar worden geacht (bijlage 1A-middelen), worden bij elkaar in een cluster geplaatst. Per cluster stelt het Ministerie vervolgens een vergoedingslimiet vast. Als de patiënt een geneesmiddel gebruikt waarvan de prijs hoger is dan vergoedingslimiet, dan moet de patiënt het verschil zelf bijbetalen. Geneesmiddelen die therapeutisch uniek worden beoordeeld, worden geplaatst op de bijlage 1B. Deze geneesmiddelen worden volledig vergoed. Hierbij gaat het vooral om nieuwe én vernieuwende geneesmiddelen.
36%
In 1999 zijn de geneesmiddelenkosten die gerelateerd zijn aan bijlage 1B met 36% gestegen. Dit is meer dan drie keer zo veel als de algehele uitgavengroei. De uitgavengroei op bijlage 1B komt overeen met 3,5% van de totale geneesmiddelenkosten. De explosieve groei is ongeveer voor de helft terug te voeren op een daadwerkelijke toename van het gebruik van de betreffende middelen. De groei wordt verder verklaard door het opnemen van geneesmiddelen in het wettelijk verzekerde geneesmiddelenpakket en verschuivingen van bijlage 1A en bijlage 1B (en omgekeerd). De meeste van deze verschuivingen vielen samen met de aanscherping van het GVS in de maand februari van het vorig jaar.
Figuur 1: uitgaven aan bijlage 1B-middelen via de openbare apotheek (in miljoenen guldens, excl. BTW)
Bron: Stichting Farmaceutische Kengetallen
Tabel 1: Top-10 toename geneesmiddelenkosten bijlage 1B
Geneesmiddel | Toename kosten bijlage 1b | Oorzaken toename kosten bijlage 1b | ||
Toename geneesmiddelengebruik | Verschuivings-effect | |||
1. | Fosamax® tablet 10mg | ƒ 24,3 miljoen | ƒ 8,7 miljoen | 02/99 1Að1B |
2. | Betaferon® injectiepoeder | ƒ 19,9 miljoen | ƒ 3,1 miljoen | 02/99 1A ð1B |
3. | Avonex® injectiepoeder | ƒ 12,9 miljoen | ƒ 6,1 miljoen | 02/99 1A ð1B |
4. | Rebif® injectievloeistof | ƒ 12,5 miljoen | ƒ 10,9 miljoen | 02/99 1A ð1B |
5. | Xalatan® oogdruppels | ƒ 10,6 miljoen | ƒ 9,0 miljoen | 02/99 in pakket |
6. | Athrotec® tablet 50mg | ƒ 7,5 miljoen | ƒ 0,8 miljoen | 02/99 1Að1B |
7. | Cerezyme® infusiepoeder | ƒ 6,3 miljoen | ƒ 1,8 miljoen | 03/99 1A ð1B |
8. | Viramune® tablet 20mg | ƒ 5,9 miljoen | ƒ 5,9 miljoen | |
9. | Mirena® IUD | ƒ 5,9 miljoen | ƒ 4,4 miljoen | 02/99 in pakket |
10. | Aafact® injectiepoeder flacon 1000ie | ƒ 4,9 miljoen | ƒ 4,9 miljoen | |
Totaal | ƒ 110,8 miljoen | ƒ 55,5 miljoen |
Bron: Stichting Farmaceutische Kengetallen
Dit is een publicatie van de Stichting Farmaceutische Kengetallen.
Overname van tekst, gegevens, tabellen of grafieken is toegestaan mits
onder volledige bronvermelding.