24 sep 1999, Pharmaceutisch Weekblad, Jaargang 134 Nr 38
De uitgaven aan geneesmiddelen via de openbare apotheek bedroegen in de eerste helft van 1999 ƒ 3.094 miljoen. Dit betekent dat de uitgaven zijn gestegen met 10,4 % ten opzichte van dezelfde periode in 1998. De toename van de geneesmiddelenuitgaven is een structureel verschijnsel dat toe te schrijven is aan demografische factoren (bevolkingsgroei en vergrijzing), een verschuiving in het geneesmiddelengebruik naar nieuwere, doorgaans duurdere geneesmiddelen en de verschuiving van de zorg vanuit het ziekenhuis naar de thuissituatie.
Hardlopers
In de eerste helft van 1990 zijn met name de uitgaven van geneesmiddelen Losec (tegen overtollig maagzuur), Lipitor (cholesterol verlagend) en Seroxat (bij depressie) fors toegenomen (tabel 1). Losec en Seroxat staan al een aantal jaren als hardloper te boek. Ook de uitgavengroei van het geneesmiddel Lipitor is niet verrassend. Sinds medio 1997 is Lipitor verkrijgbaar via de apotheek en dit middel behoorde meteen tot de top 10 van kostenstijgers.
Verschuiving
Bij de geneesmiddelen die gebruikt worden bij in vitro fertilisatie is er sprake van een verschuiving in het gebruikspatroon. Tegenover de toename van het aantal voorschriften van het geneesmiddel follitropine (5.500 meer verstrekkingen) staat een daling van het aantal voorschriften van de geneesmiddelen menopauzegonadotrofine (- 2.200 voorschriften) en urofollitropine (-3.800 voorschriften).
Ook bij cara geneesmiddelen constateert de Stichting Farmaceutische Kengetallen (SFK) een verschuiving. De groei van het aantal verstrekkingen van fluticason wordt deels verklaard door de daling van het aantal voorschriften van beclometason. Dit is echter niet de enige verklaring. Ook de toename van het gebruik van cara geneesmiddelen in het algemeen is een verklaring van de uitgavengroei van het geneesmiddel fluticason.
Nog meer groei in 1999
De SFK verwacht dat de uitgavengroei in de tweede helft van 1999 hoger zal uitkomen dan de groei van 10,4 % in het eerste half jaar. Dit hangt samen met de invoering van de kortingsmaatregel die het Ministerie van VWS medio 1998 heeft opgelegd aan apotheekhoudenden. Het prijsverlagend effect van deze maatregel temperde de groei van de geneesmiddelenuitgaven gedurende de tweede helft van 1998 en de eerste helft van 1999. Voor heel 1999 verwacht de SFK een uitgavengroei van 11,4 procent ten opzichte van de uitgaven in 1998. Bij de geneesmiddelen die verstrekt worden via de openbare apotheek betreft het een toename van ƒ 5.687 miljoen in 1998 tot ƒ 6.335 miljoen in 1999 (figuur 1).
Tabel 1: Top 5 toename geneesmiddelenuitgaven,
eerste half jaar 1998 versus zelfde periode in 1999
Geneesmiddel | Merknaam | Soort geneesmiddel | Uitgaven eerste half jaar 1999 | Toename t.o.v zelfde periode 1998 | |
1 | Omeprazol | Losec | tegen overtollig maagzuur | ƒ 192,7 miljoen | ƒ 28,7 miljoen |
2 | Atorvastatine | Lipitor | cholesterol verlagend | ƒ 52,4 miljoen | ƒ 24,8 miljoen |
3 | Paroxetine | Seroxat | bij depressie | ƒ 57,2 miljoen | ƒ 15,6 miljoen |
4 | Follitropine (alfa) | Gonal F | bij in vitro fertilisatie | ƒ 9,6 miljoen | ƒ 9,5 miljoen |
5 | Fluticason | Flixotide | bij cara | ƒ 38,3 miljoen | ƒ 7,3 miljoen |
Bron: Stichting Farmaceutische Kengetallen
Figuur 1: uitgaven farmaceutische hulp via de openbare apotheek per jaar in miljoenen guldens
Bron: Stichting Farmaceutische Kengetallen
Dit is een publicatie van de Stichting Farmaceutische Kengetallen.
Overname van tekst, gegevens, tabellen of grafieken is toegestaan mits
onder volledige bronvermelding.