Aandachtpunt 'overbodig ICS-gebruik bij COPD' komt vaakst voor
3 november 2016, Pharmaceutisch Weekblad, Jaargang 151 Nr 44
De multidisciplinaire richtlijn Polyfarmacie bij ouderen heeft als doel het aantal geneesmiddelgerelateerde problemen bij polyfarmaciepatiënten, waaronder overbodige ziekenhuisopnames, te verminderen. Polyfarmaciepatiënten gebruiken chronisch vijf of meer geneesmiddelen naast elkaar en hebben extra farmaceutische aandacht nodig. In de richtlijn zijn zogenoemde STOPP- en START-criteria opgenomen waarmee mogelijk suboptimaal geneesmiddelgebruik van patiënten kan worden opgespoord.
Bij de STOPP-aandachtspunten (Screening Tool of Older People’s Prescriptions) kan het stoppen van het gebruik van een geneesmiddel worden overwogen. Bij de START-aandachtspunten (Screening Tool to Alert the Right Treatment) kan juist de inzet van een nieuw geneesmiddel nodig zijn.
Patiënten opsporen
De SFK ondersteunt apotheken met de rapportage Polyfarmacie, die in samenwerking met de KNMP is ontwikkeld, door aandachtspunten toe te kennen aan hun patiënten. Hierbij kan de SFK zich uitsluitend baseren op geneesmiddelverstrekkingsgegevens en niet op indicaties. Apothekers kunnen in één oogopslag het aantal polyfarmaciepatiënten per aandachtspunt zien.
Naast START- en STOPP-aandachtspunten zijn in de rapportage ook SIGNAAL-aandachtspunten opgenomen. Hiervoor is aanvullende informatie nodig, bijvoorbeeld laboratoriumonderzoek, om te kunnen bepalen of sprake is van suboptimaal geneesmiddelgebruik. In de rapportage ziet de apotheker niet alleen hoeveel patiënten er per aandachtspunt zijn, ook biedt de rapportage inzicht in welke patiënten het betreffen. Daarmee heeft de apotheker snel duidelijk welke patiënten het meest gebaat zijn bij een medicatiebeoordeling of op een andere manier aandacht of extra zorg van de apotheker nodig hebben.
De gemiddelde apotheek verzorgt zo’n 950 polyfarmaciepatiënten, ongeacht de leeftijd. Uit de SFK-inventarisatie blijkt dat onder de polyfarmacie-patiënten van de openbare apotheken het STOPP-aandachtspunt ‘Overbodig ICS-gebruik bij (vermoedelijk) COPD’ het meest voorkomt. De NHG-Standaard beveelt aan om bij COPD-patiënten die in de afgelopen twaalf maanden geen exacerbatie hadden, het gebruik van ICS af te bouwen. Dit aandachtspunt is pas recent opgenomen in de SFK-rapportage Polyfarmacie ten behoeve van een interventiestudie en heeft daarom mogelijk nog niet veel aandacht gekregen. Bij 8% van de polyfarmaciepatiënten komt dit aandachtspunt naar voren.
Het meest voorkomende START-aandachtspunt, dat voorkomt bij 5% van de polyfarmaciepatiënten, is dat mensen met hart- en vaatziekten geen cholesterolverlagers gebruiken.
Bekijk de SFK rapportage Polyfarmacie (voor SFK deelnemers, inloggen vereist)
Tabel: Meest voorkomende geneesmiddel-gerelateerde aandachtspunten bij polyfarmaciepatiënten (2016)
|
Aandachtspunt |
Type |
bij % van polyfarmacie-patiënten |
---|---|---|---|
1 |
Overbodig gebruik inhalatiecorticosteroïden (ICS) bij vermoedelijk COPD |
STOPP |
8,2% |
2 |
Geen cholesterolverlagers bij behandeling HVZ- patiënten |
START |
5,3% |
3 |
Chronisch (te lang) gebruik van benzodiazepines |
STOPP |
4,8% |
4 |
Langer dan 24 maanden gebruiken van SSRI-antidepressiva |
STOPP |
3,3% |
5 |
Geen cholesterolverlagers bij diabetes type II |
START |
3,2% |
6 |
Geen laxantia bij opioïde-gebruikers |
START |
2,9% |
7 |
Gebruik van niet-selectieve NSAIDs bij hartziekten |
STOPP |
2,4% |
8 |
Geen maagprotectie bij risicopatiënten met TAR-gebruik |
START |
1,4% |
9 |
NSAIDs in combinatie met RAS-remmers (risico op hyperkaliaemie) |
SIGNAAL |
1,0% |
10 |
Langer dan vijf jaar doorgebruiken van bisfosfonaten bij osteoporose |
STOPP |
1,0% |
Het aandachtspunt overbodig ICS gebruik bij COPD komt het vaakst voor
Bron: Stichting Farmaceutische Kengetallen
Dit is een publicatie van de Stichting Farmaceutische Kengetallen.
Overname van tekst, gegevens, tabellen of grafieken is toegestaan mits
onder volledige bronvermelding.