Ga naar inhoud. | Ga naar navigatie

U bent hier: Home / Publicaties / SFK nieuws in PW / 2014 / Van Rennie tot PPI

Van Rennie tot PPI

3 april 2014, Pharmaceutisch Weekblad, Jaargang 149 Nr 14

Rond 1935 kwam het maagzuur neutraliserende geneesmiddel Rennie beschikbaar. Tegenwoordig gebruiken jaarlijks bijna 3 miljoen mensen een protonpompremmer (PPI) om de aanmaak van maagzuur te remmen.

Brandend maagzuur? Wrijven helpt niet, Rennie wel. Met deze slogan werd het eerste geneesmiddel voor maagzuurgerelateerde klachten onder de aandacht gebracht. Vele decennia was het neutraliseren van maagzuur de enige mogelijkheid om met geneesmiddelen de zuurgraad van de maaginhoud te verlagen. De zuurneutraliserende geneesmiddelen konden het best als vloeibare suspensies worden ingenomen. Met een gebruikadvies van viermaal daags 15 tot 30 milliliter verliet een chronisch gebruiker de apotheek per maand met al gauw zo’n drie literflessen Suspensio Antacida FNA of, later, Antagel FNA.

H2-antagonisten

Dit beeld veranderde zeer geleidelijk met de introductie van H2-antagonisten. H2-antagonisten zijn effectiever in zuurgraadbeïnvloeding door deze bij de bron aan te pakken. Ze  onderdrukken de maagzuursecretie door de histamine-H2-receptoren van de maag te blokkeren. Cimetidine (Tagamet) en ranitidine (Zantac) waren de eerste vertegenwoordigers. Ze werden in 1977, respectievelijk, 1980 geregistreerd. Ranitidine – uiteindelijk de meest toegepaste H2-antagonist – kende het grootste gebruik in 1995 en 1996, toen er 44 miljoen standaarddagdoseringen (DDD) per jaar werden verstrekt. Sindsdien neemt dat aantal zeer langzaam af. In 2013 ging het nog altijd om 17,5 miljoen DDD’s.

PPI

Protonpompinhibitoren, die de maagzuurproductie remmen door het enzym te blokkeren dat het zuur de maag in ‘pompt’, zijn op hun beurt effectiever dan de H2-antagonisten. Van omeprazol (Losec), dat in 1988 is geregistreerd, verstrekten Nederlandse apothekers in 1995 precies zoveel DDD’s als van ranitidine. Mede ten gevolge van richtlijnen is het gebruik sterk toegenomen. In 2013 was omeprazol goed voor 400 miljoen DDD’s. Van alle ppi’s samen verstrekten Nederlandse apotheken vorig jaar 654 miljoen DDD’s aan 2,75  miljoen mensen. Dat komt neer op gemiddeld 235 DDD’s per gebruiker.

Figuur 1: Ontwikkeling aantal verstrekte DDD’s (x miljoen) aan protonpompremmers (PPI), 1994 - 2013

Ontwikkeling aantal DDD’s aan PPI's 1994 - 2013
Als eerst geïntroduceerde PPI houdt omeprazol hoogste marktaandeel


Bron: Stichting Farmaceutische Kengetallen

Dit is een publicatie van de Stichting Farmaceutische Kengetallen.
Overname van tekst, gegevens, tabellen of grafieken is toegestaan mits onder volledige bronvermelding.

Back to top