Opnieuw lage groei geneesmiddelenuitgaven
7 mei 2010, Pharmaceutisch Weekblad, Jaargang 145 Nr 18
De uitgaven aan geneesmiddelen die via Nederlandse openbare apotheken zijn verstrekt en binnen het wettelijk verzekerd pakket vallen, bedroegen in 2009 € 4.789 miljoen. Het uitgavenniveau ligt hiermee € 47 miljoen (1,0%) hoger dan in 2008. Daarmee is 2009 evenals 2008 voor de farmacie opnieuw een jaar met een zeer gematigde uitgavengroei. In 2008 namen de uitgaven namelijk met 1,9% toe tot een bedrag van € 4.742 miljoen, terwijl in de jaren daarvoor de gemiddelde stijging van de geneesmiddelenuitgaven nog 6% per jaar bedroeg. Een beperkt deel van de uitgavenstijging kan worden toegeschreven aan meer geneesmiddelengebruik. In 2009 naam het aantal verstrekte standaarddagdoseringen (DDD’s) toe met 2,7%. Dit is meer dan verwacht op grond van de vergrijzing en de bevolkingsgroei. Een mogelijke verklaring zou kunnen zijn dat voorschrijvers consequenter richtlijnen en standaarden volgen waarin (nieuwe) therapeutische inzichten rondom geneesmiddelengebruik zijn vastgelegd.
Prijsdalingen door preferentiebeleid
Prijsverlagingen bij generieke geneesmiddelen zijn de belangrijkste oorzaak van de gematigde uitgavengroei. Het Transitieakkoord dat minister Klink eind 2007 sloot met de geneesmiddelensector, zorgde begin 2008 voor een daling van de prijzen van generieke geneesmiddelen met ruim 10%. Dat bleek slechts een opmaat voor een veel verdergaande prijsdaling in juni 2008. Zorgverzekeraars introduceerden toen het individueel preferentiebeleid, waardoor een ware prijzenslag tussen generieke geneesmiddelenleveranciers werd ontketend. De prijzen van de meest verstrekte generieke geneesmiddelen daalden met gemiddeld 85%. In 2009 telden deze prijsverlagingen voor het eerst voor een vol jaar mee. Bovendien zette de prijsdaling van generieke geneesmiddelen in 2009 verder door vanwege uitbreiding van het preferentiebeleid door zorgverzekeraars. Het prijspeil van generieke geneesmiddelen lag in december 2009 ruim 22% lager dan in december 2008.
Verschuiving uitgaven benzo’s
Minister Klink heeft per januari 2009 de vergoeding van slaap- en kalmeringsmiddelen beperkt. Op een aantal specifiek omgeschreven situaties na, komen benzodiazepines sinds 1 januari 2009 niet meer in aanmerking voor vergoeding binnen de basisverzekering. Van het totale bedrag aan verstrekte benzodiazepines (€ 79 miljoen), declareerden openbare apotheken € 23 miljoen bij de zorgverzekeraars. De overige € 56 miljoen brachten zij rechtstreeks in rekening bij de patiënt. In 2008 bedroegen de uitgaven ten laste van de basisverzekering nog bijna € 91 miljoen. Hiermee heeft de minister de beoogde besparing gehaald. Dit komt echter niet vanwege de terugloop in het gebruik van benzodiazepines – het beoogde doel van de maatregel – als wel door een verschuiving van de collectieve lasten naar de vooral oudere zorgconsument.
Groei dure geneesmiddelen
Ondanks de lagere uitgaven door prijsverlagingen en de aanscherping van de aanspraak op benzodiazepines, stegen de geneesmiddelenuitgaven in 2009 met name door het toenemende gebruik van dure geneesmiddelen. De SFK rekent geneesmiddelen waarvan de uitgaven per voorschrift meer dan € 500 bedragen, tot de dure geneesmiddelen. De totale uitgaven aan dure geneesmiddelen namen met € 136 miljoen toe van € 852 miljoen in 2008 tot € 988 miljoen in 2009. Dit komt neer op een stijging van 16%. Deze uitgavengroei gaat vrijwel geheel aan de reguliere (wijk)apotheek voorbij. Veel fabrikanten kiezen ervoor hun dure geneesmiddelen te leveren via één enkele groothandel en vaak ook via één landelijk werkende apotheek. Het aandeel van de dure geneesmiddelen in de totale uitgaven is inmiddels opgelopen van 6,9% in 2002 tot 20,7% in 2009.
figuur 1: De uitgaven stegen in 2009 voornamelijk door de toename van dure geneesmiddelen
Bron: Stichting Farmaceutische Kengetallen
Dit is een publicatie van de Stichting Farmaceutische Kengetallen.
Overname van tekst, gegevens, tabellen of grafieken is toegestaan mits
onder volledige bronvermelding.