Meer apotheken nodig?
17 december 2009, Pharmaceutisch Weekblad, Jaargang 144 Nr 51
In tegenstelling tot de meeste andere Europese landen kent Nederland sinds 1999 een liberaal vestigingsbeleid. De eigenaar van een apotheek hoeft geen apotheker te zijn. Wel moet de geneesmiddelenvoorziening onder toezicht van een apotheker plaatsvinden. Dat is feitelijk de enige toetredingsdrempel. Aanvankelijk was het belangrijkste gevolg van de liberalisering dat bestaande marktpartijen — in het bijzonder de farmaceutische groothandels — hun marktpositie trachten te versterken door het opkopen van apotheken en het opzetten van apotheekketens. Daarna nam de variatie van het apotheekaanbod sterk toe door de opkomst van internet–, dienst– en poliklinische apotheken.
Meer verstrekkingen
Het aantal openbare apotheken is in de afgelopen jaren toegenomen van een kleine 1600 in 2000 tot ruim 1900 in 2008. Dit komt neer op een gemiddelde stijging van 2,3% per jaar. Omdat de omvang van de Nederlandse bevolking veel minder is gegroeid dan dit percentage, is het gemiddelde aantal inwoners per apotheek in deze jaren afgenomen. Zo bediende een openbare apotheek in 2000 nog gemiddeld 9000 inwoners, terwijl dit cijfer in 2008 is gedaald tot 7800 inwoners. Het is echter niet zozeer het verzorgingsgebied van een apotheek dat het bestaansrecht van een apotheek verantwoordt. Veel meer bepalend is het aantal voorschriften van receptgeneesmiddelen dat een apotheek jaarlijks verstrekt.
Ondanks de toename van het aantal apotheken is het gemiddelde aantal verstrekkingen van receptgeneesmiddelen per apotheek met 2,7% gestegen: van 61.000 voorschriften in 2000 tot bijna 82.000 in 2008. Dit komt omdat het aantal receptgeneesmiddelen dat de openbare apothekers in deze periode verstrekten met gemiddeld 5,1% per jaar is toegenomen; van 105 miljoen voorschriften in 2000 naar 157 miljoen in 2008. De vraag naar farmaceutische zorg is daarmee dus sterker toegenomen dan het aanbod van apotheken.
De stijging van het aantal voorschriften is overigens inclusief de toename van het aantal verstrekkingen ten gevolge van de invoering van de nieuwe tariefstructuur in juli 2008.
Met de invoering van een tarief voor weekleveringen is het aantal declarabele verstrekkingen gestegen. Voor de invoering van deze tariefstructuur vonden de declaraties van weekleveringen slechts één keer per twee à drie weken plaats. Als deze ontwikkeling wordt gecorrigeerd, bedraagt de jaarlijkse stijging van het totale aantal verstrekkingen gemiddeld 4,4% en van het gemiddelde aantal verstrekkingen per apotheek 2,0%.
Gelijk aantal fte’s
Om de toename van de werkzaamheden per apotheek het hoofd te bieden, is een evenredige toename in het aantal apothekersassistenten per apotheek te verwachten. Uitgedrukt in fte’s is die stijging in deze periode echter achterwege gebleven. Het gemiddelde aantal fte’s is zelfs exact gelijk gebleven, namelijk 5,9 per apotheek. Dit betekent dat de werklast voor assistenten in de apotheek is toegenomen of dat werkzaamheden zijn overgenomen door robotisering of door mensen met een andere functie. Zo is het aantal fte’s aan ‘overig personeel’ in de periode van 2000 tot 2008 toegenomen van 1,0 naar 1,7. Overigens is ondanks het gelijkblijvende aantal fte’s per apotheek het aantal apothekersassistenten per apotheek wel toegenomen. Van bijna 8 in 2000 tot gemiddeld 8,5 in 2008, vanwege de stijging van het aantal parttimers.
figuur 1: Ontwikkeling aantal apotheken en aantal verstrekkingen receptgeneesmiddelen, periode 2000–2008
Bron: Stichting Farmaceutische Kengetallen
Dit is een publicatie van de Stichting Farmaceutische Kengetallen.
Overname van tekst, gegevens, tabellen of grafieken is toegestaan mits
onder volledige bronvermelding.