Hooikoorts te duur betaald
2 juni 2006, Pharmaceutisch Weekblad, Jaargang 141 Nr 22
02-02-2006, Pharmaceutisch Weekblad, Jaargang 141 Nr 22
Hooikoorts
Blootstelling aan pollen kan bij mensen leiden tot allergische klachten. Deze verzameling aan klachten, waaronder niezen, snotteren, tranende ogen en jeuk aan ogen en neus, staat bekend als hooikoorts. Ter verlichting kunnen diverse geneesmiddelen worden toegepast, die zowel qua aard, als qua toedieningsweg verschillen. Antihistaminica zijn geneesmiddelen die specifiek de werking van histamine tegengaan. Histamine is een lichaamseigen stof die vrijkomt als het lichaam in contact komt met een stof die een allergische reactie veroorzaakt. Ze worden toegepast als oogdruppels, neusdruppels en -spray en in vormen die bedoeld zijn om oraal te worden ingenomen: tabletten, capsules, drankjes, etc. Naast de antihistaminica kunnen ook corticosteroïden in de vorm van een neusspray worden gebruikt en middelen die specifiek lokaal de zwelling van slijmvliezen rond de ogen en in de neus tegengaan. Beide groepen zijn niet specifiek bedoeld voor allergische klachten. Zo wordt xylometazoline, dat de zwelling van het neusslijmvlies tegengaat, het hele jaar door gebruikt als middel bij neusverkoudheid. Het middel wordt al sinds halverwege de jaren 90 niet meer vergoed door het ziekenfonds en is daarom buiten beschouwing gelaten.
Herkenbaar seizoenspatroon
De verstrekking van geneesmiddelen die bij hooikoorts worden voorgeschreven, vertoont een duidelijk herkenbaar seizoenspatroon (figuur 1). In de figuur zijn de totalen opgenomen van de geneesmiddelen uit de ATC-groepen R01A, R06A en S01G die worden vergoed via het wettelijk verzekerde geneesmiddelenpakket (vanaf 2006 basispakket). Sommige antihistaminica worden niet toegepast bij hooikoorts, maar bij allergische uitslag van de huid en bij, of ter voorkoming van, misselijkheid ten gevolge van bewegingsziekte. Deze middelen behoren tot de genoemde ATC-groepen en zijn daarom wel opgenomen in de voorschriften van figuur 1.
Minder uitgaven aan antihistaminica
Aan middelen uit genoemde ATC-groepen werd in 2005 gezamenlijk bijna € 93 miljoen uitgegeven. Dat bedrag is inclusief receptregelvergoeding voor de werkzaamheden in de apotheek of, indien van toepassing de handelsmarge op niet-WTG-geneesmiddelen. Dit bedrag is ruim € 6 miljoen lager dan wat er in 2003 aan deze groepen geneesmiddelen is uitgegeven. In 2004 werden alle geneesmiddelen die ook in de vrije verkoop verkrijgbaar zijn, onder meer via drogisterijen, uitgesloten van vergoeding door de zorgverzekeraar. Hiertoe behoren ook de antihistaminica cetirizine (merknaam o.a. Zyrtec®) en loratadine (merknaam o.a. Claritine®). Deze maatregel had tot gevolg dat beide middelen in 2004 aanzienlijk minder werden voorgeschreven. Dit kwam ten gunste van de nauw verwante receptmiddelen levoceterizine (Xyzal®) en desloratadine (Aerius®) die wel vergoed werden. Het terugdraaien van de maatregel in 2005 voor onder andere de vrij verkrijgbare antihistaminica heeft er niet toe geleid dat het voorschrijfpatroon voor deze middelen, uitgedrukt in standaarddagdoseringen (DDD’s), hetzelfde beeld als in 2003 is gaan vertonen. Als dit wel het geval zou zijn geweest, dan zou in 2005 nog eens € 5 miljoen minder zijn uitgegeven (tabel 1).
DDD’s x miljoen | Uitgaven x € miljoen | |||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
2003 | 2004 | 2005 | 2005* | 2003 | 2004 | 2005 | 2005* | |
cetirizine | 26,1 | 4,0 | 7,2 | 29,1 | 17,6 | 2,5 | 2,3 | 9,4 |
levocetirizine | 7,3 | 27,9 | 29,3 | 8,2 | 4,1 | 14,4 | 14,3 | 4,0 |
loratadine | 7,6 | 1,4 | 2,2 | 8,5 | 5,0 | 0,8 | 0,7 | 2,7 |
desloratadine | 15,8 | 23,6 | 24,7 | 17,6 | 8,8 | 12,7 | 13,0 | 9,3 |
Totaal | 56,8 | 56,9 | 63,4 | 63,4 | 35,5 | 30,4 | 30,3 | 25,3 |
Bron: Stichting Farmaceutische Kengetallen
Dit is een publicatie van de Stichting Farmaceutische Kengetallen.
Overname van tekst, gegevens, tabellen of grafieken is toegestaan mits
onder volledige bronvermelding.