Vocht vasthouden
27 februari 2004, Pharmaceutisch Weekblad, Jaargang 139 Nr 9
Soorten urine-incontinentie
Hoewel bij incontinentieproblemen meestal alleen wordt gedacht aan oudere mensen die hier last van hebben, komt het onder alle leeftijdsgroepen voor, zowel bij zieke als gezonde mensen. Er zijn een aantal vormen van ongewild urineverlies te onderscheiden:
- Stress- of inspanningsincontinentie komt vooral bij vrouwen voor. Men verliest druppels of scheutjes urine bij hoesten, lachen, tillen of andere plotselinge lichamelijke inspanning.
- Druppelincontinentie kenmerkt zich door langdurig nadruppelen en is een typisch mannenprobleem.
- Urge- of aandrangincontinentie komt zowel bij (oudere) mannen als bij (oudere) vrouwen voor. Na een plotselinge aandrang volgt de plas meteen. Soms voelt men de aandrang helemaal niet.
- Bed- en broekplassen komt meestal voor bij kinderen. Er kan een lichamelijke afwijking of een geestelijke oorzaak aan ten grondslag liggen. Spanningen of emotionele gebeurtenissen kunnen deze vorm van incontinentie triggeren.
De dienstverlening vanuit de openbare apotheek bij mensen met incontinentieproblemen richt zich behalve advies en voorlichting geven ook op de levering van incontinentiematerialen. Daarnaast worden er geneesmiddelen tegen incontinentie verstrekt.
Incontinentiematerialen
Binnen de medische hulpmiddelen vormt incontinentieabsorptiemateriaal een belangrijke groep. In het afgelopen jaar hebben de openbare apotheken in Nederland 3,8 miljoen keer incontinentieabsorptiemateriaal verstrekt, zo blijkt uit cijfers van de Stichting Farmaceutische Kengetallen (SFK). De hiermee gepaard gaande omzet bedroeg € 117 miljoen. Deze omzet is gebaseerd op de adviesverkoopprijs zoals deze is opgenomen in de G-Standaard. De daadwerkelijk gedeclareerde prijzen liggen echter een stuk lager, doordat apothekers en zorgverzekeraars afspraken maken over kortingpercentages die de apothekers dienen door te berekenen in de prijzen van hulpmiddelen. Deze percentages lopen op tot 15% of meer. Naast incontinentiemateriaal leverden de apotheken ook 200.000 keer catheters en 170.000 keer urinezakken. Incontinentiemateriaal en andere hulpmiddelen worden niet alleen door de apotheken geleverd, maar er zijn ook andere aanbieders.
Ouderen
Het overgrote deel van de incontinentieabsorptiematerialen wordt gebruikt door personen van 75 jaar of ouder (zie figuur 1). Van de 3,8 miljoen leveringen is bijna 60% voor deze groep bestemd. Personen tussen de 65 en 74 jaar nemen bijna één vijfde van de verstrekkingen voor hun rekening. Een oudere gebruikt gemiddeld 20 keer zo veel incontinentiematerialen als een persoon die jonger is dan 65 jaar. Dit verklaart waarom de vergrijzing zo’n sterke invloed heeft op de uitgavenontwikkeling bij medische hulpmiddelen.
Geneesmiddelen
Drie geneesmiddelen die worden verstrekt bij urine-incontinentie zijn tolterodine (Detrusitol®), oxybutynine (Dridase®) en flavoxaat (Urispas®). Dit zijn anticholinergische medicijnen die muscarinereceptoren blokkeren waardoor de blaas minder spiercontracties heeft. Deze middelen worden vooral toegepast bij aandrangincontinentie. Tolterodine en oxybutynine worden het meest gebruikt. Deze middelen zijn in 2003 127.000 respectievelijk 119.000 keer afgeleverd via de apotheken. Tolterodine is per genormeerde dagdosering (DDD) van € 1,44 ruim dubbel zo duur als oxybutynine (€ 0,69) en flavoxaat (€ 0,67). Daarbij wordt tolterodine voor gemiddeld 37 dagen meegegeven aan de patiënt, terwijl dit voor oxybutynine 19 dagen en voor flavoxaat 22 dagen is. Dit brengt de totale omzet aan tolterodine in het afgelopen jaar op € 7,5 miljoen.
Figuur 1: verstrekkingen van incontinentiematerialen per 1.000 personen naar leeftijdscategorie
Bron: Stichting Farmaceutische Kengetallen
Dit is een publicatie van de Stichting Farmaceutische Kengetallen.
Overname van tekst, gegevens, tabellen of grafieken is toegestaan mits
onder volledige bronvermelding.