Ga naar inhoud. | Ga naar navigatie

U bent hier: Home / Publicaties / SFK nieuws in PW / 2003 / De eindexamenpil

De eindexamenpil

2 mei 2003, Pharmaceutisch Weekblad, Jaargang 138 Nr 18

Uit onderzoek van de Stichting Farmaceutische Kengetallen blijkt dat er een gering extra gebruik van bètablokkers is tijdens de examenperiode. Het gaat hierbij voornamelijk om het middel propranolol. De meeste slikkers van bètablokkers zijn vrouwelijk en van alle examenkandidaten slikken die van het VWO het meest. Het gaat hierbij om een beperkt aantal gebruikers. Voor wat het gebruik van benzodiazepines betreft, slikken de eindexamenkandidaten evenveel tijdens de eindexamenperiode als dat zij anders doen.

Het eindexamen

De eindexamenperiode is een spannende tijd voor jonge mensen van 16-18 jaar. Een aantal kandidaten wordt daarvan zo nerveus dat ze naar medicijnen grijpt om de zenuwen onder controle te krijgen. Van alle medicijnen die alleen op recept via de openbare apotheek verkrijgbaar zijn, komen de bètablokkers daarvoor het meest in aanmerking. Zij gaan de verschijnselen van nervositeit, trillen en verhoogde hartslag tegen zonder dat zij sufmakende bijwerkingen hebben. Bij twee bètablokkers, propranolol en oxprenolol, is de toepassing bij examen- en podiumvrees beschreven (overigens niet geregistreerd).

In 2002 deden er 190.000 scholieren eindexamen. De eindexamenperiode liep toen van 13 mei tot en met 31 mei 2002.

Pieken met bètablokkers

Mensen geboren in de jaren 1984 tot en met 1986 (16 t/m 18 jarigen) hebben in 2002 zo’n 7600 voorschriften voor bètablokkers verstrekt gekregen. Het overgrote deel daarvan komt voor rekening van propranolol (76% van de voorschriften). Het hiervoor genoemde oxprenolol heeft geen rol van betekenis in deze leeftijdscategorie. 10% van de voorschriften komt voor rekening van metoprolol.

De gebruikspatronen in 2002 van bètablokkers verschillen nogal sterk per geboortejaar (figuur 1). De eindexamenjaren kennen een piek in mei, waarbij de 18-jaringen (in 1984 geboren) verreweg het hoogste gebruik kennen. Het gebruik van bètablokkers door ’19 jarigen’ is structureel hoger, maar kent slechts een kleine piek in mei. Een verklaring voor het hogere gebruik van 19 jarigen kennen de SFK op dit moment niet.

Overigens moet worden opgemerkt dat het gebruik van bètablokkers tijdens de eindexamenperiode nog zeer beperkt is. De 18-jarigen gebruikten in mei 2002 ongeveer 500 voorschriften. Bij de groep mensen van 21-40 jaar gebruikte men 950 voorschriften per leeftijdsjaar per maand.

Nerveuze vrouwen

Vrouwen slikken vaker een bètablokker dan mannen. 57% van de voorschriften wordt verstrekt aan een vrouw. Aan het einde van de middelbare schoolloopbaan is dit percentage nog hoger. Dan wordt zo’n 68% van de voorschriften wordt verstrekt aan een vrouw. In de maand mei stijgt het percentage vrouwelijke gebruikers van bètablokkers zelfs tot 73%.

Nachtrust

Naast het onder controle krijgen van de zenuwen is ook een goede nachtrust belangrijk tijdens de examenperiode. Daarom is onderzocht of mensen geboren tussen 1982 en 1987, in 2002 meer benzodiazepines gebruiken. Er blijkt dat zich geen pieken voor doen rond de eindexamenperiode (figuur 2). Als zich al nachtrustproblemen voordoen tijdens de examentijd dan worden deze niet met benzodiazepines tegengegaan.

Figuur 1: het aantal voorschriften bètablokkers per maand in 2002, naar geboortejaar

Bron: Stichting Farmaceutische Kengetallen

Figuur 2: het aantal voorschriften benzodiazepines per maand in 2002, naar geboortejaar

Bron: Stichting Farmaceutische Kengetallen

Dit is een publicatie van de Stichting Farmaceutische Kengetallen.
Overname van tekst, gegevens, tabellen of grafieken is toegestaan mits onder volledige bronvermelding.

Back to top